Dossier etikettering

Europese en Nederlandse wetgeving bepaalt welke informatie verplicht op etiketten moet staan. Dit borgt dat consumenten een goed doordachte keuze kunnen maken over de producten die ze consumeren.

Verordening 1169/2011
De Europese etiketteringsverordening richt zich vooral op producten die bestemd zijn voor levering aan de consument of aan grote cateraars (restaurants, kantines, scholen, ziekenhuizen en dergelijke). Maar ook wanneer bedrijven producten onderling verhandelen moet bepaalde informatie worden uitgewisseld.

Deze wetgeving regelt onder andere:

  • Dat de verplichte voedselinformatie afhankelijk is van het soort verpakking.
  • Goed leesbare en onuitwisbare informatie.
  • Een minimale lettergrootte.
  • Welke aanvullende informatie nodig is als bepaalde vermeldingen worden gedaan of bijzondere ingrediënten zijn gebruikt.

Nederlandse regelgeving
In aanvulling op de Europese Verordening zijn er ook specifieke Nederlandse regels die van toepassing zijn op de etikettering. Bijvoorbeeld:

  • Dat de informatie voor producten die in Nederland worden verhandeld in het Nederlands moet worden gegeven.
  • Welke informatie bij verpakte en onverpakte levensmiddelen verplicht is.
  • Regels voor vermelding van de verkoopprijs en de prijs per meeteenheid.

In dit artikel zetten we de verschillende soorten verpakkingen en de bijbehorende verplichtingen op hoofdlijnen op een rij. Ook vermelden we in welke situaties bijzondere aanvullende vermeldingen verplicht zijn.

In het Dossier etikettering staan artikelen met een korte toelichting op wat de verplichte etiket-informatie inhoudt voor de volgende onderwerpen:

In de Publicatietool Voedselinformatie en aanduiden – onderdeel van het Digitaal Informatiepakket van Foodbase - staat een gedetailleerde toelichting op deze onderwerpen.

Pauline Houtsma

Kennisspecialist Hygiëne en wetgeving

p.houtsma@nbc.nl
0317 47 12 12

Documentatie

Verordening 1169/2011 onderscheid de volgende soorten verpakkingen:

  • Niet-voorverpakte producten
  • Voorverpakte producten
  • Verpakte producten
  • Omverpakkingen (Business to Business)
  • Verpakkingen of situaties met afwijkende regels (zie ook tabblad 'afwijkende regels'):
    • Kleine verpakkingen (<10 cm² of < 25 cm² of < 80 cm²)
    • Rechtstreekse levering kleine hoeveelheden voorverpakte producten bestemd voor de eindgebruiker
    • Verkoop op afstand (bijvoorbeeld webshop)
    • Verkoop via automaat

Een niet-voorverpakt product is:

  • een onverpakt product wat aan de consument of aan grote cateraars wordt aangeboden of
  • een product wat op verzoek van de consument is verpakt op de plaats van verkoop of
  • een product wat is verpakt met het oog op onmiddellijke verkoop in het bedrijf van de verpakker (werkvoorraad)
  • een product met hoge omloopsnelheid wat dagelijks wordt verpakt (werkvoorraad) en wat in het bedrijf van de verpakker wordt verkocht.

Het zijn bijvoorbeeld producten die u in uw eigen bedrijf verpakt om ze direct bij uw klant te bezorgen en producten die u naar filialen transporteert voor onmiddellijke verkoop in het filiaal. Ook als u niet-voorverpakte producten aan cateraars of aan derden levert moet u er voor zorgen dat de afnemer over voldoende informatie beschikt om de consument de verplichte informatie te kunnen geven. Welke informatie verplicht is, is afhankelijk van hoe het product aan de consument wordt verkocht.

Minimaal verplichte voedselinformatie:

  • De officiële benaming (in de directe nabijheid van het levensmiddel)
  • De prijs (in de directe nabijheid van het levensmiddel)
  • De in het recept aanwezige allergenen
    • Vermeld waar deze informatie beschikbaar is
    • Informatie is vrij toegankelijk, begrijpelijk en duidelijk leesbaar
    • Altijd schriftelijk of elektronisch (in elk geval voor het personeel en de NVWA)
      • De consument direct mondeling over allergenen informeren mag;
      • Zorg dan voor een duidelijk zichtbare vermelding dat de klant zich voor allergeneninformatie kan wenden tot het personeel.

Aanvullende bijzondere vermeldingen bij de officiële benaming zijn nodig wanneer:

  • de consument mogelijk misleid wordt over de plaats waar het product gemaakt is of over het land waar het vandaan komt;
  • het product bevroren is geweest en ontdooid verkocht wordt en dit invloed heeft op de kwaliteit of veiligheid van het product;
  • een vervangend bestanddeel is gebruikt voor een ingrediënt waarvan de consument verwacht dat het van nature aanwezig is of normaalgesproken gebruikt wordt. Voorbeeld: u gebruikt een plantaardige vervanger voor room in plaats van slagroom of imitatiechocolade in plaats van echte chocolade.
  • het product doorstraalde of genetisch gemodificeerde ingrediënten bevat.

Een voorverpakt product is:

  • een niet-dagvers product in een gesloten verpakking wat is bestemd voor de consument (ook bij verkoop in uw eigen bedrijf) of een grote cateraar (bijvoorbeeld restaurant, kantine, ziekenhuis, bejaardenhuis, kraam voor voedselbereiding).
  • een dagvers product in een consumentenverpakking wat u levert aan cateraars of derden telt ook als voorverpakt product.

Een open mand of een broodkrat worden niet gezien als voorverpakking.

Alle verplichte informatie staat op een etiket dat aan het product is gehecht of op het verpakkingsmateriaal zelf.

Minimaal verplichte voedselinformatie:

  • De officiële benaming
  • Ingrediëntenlijst inclusief geaccentueerde vermelding van de in het product aanwezige allergene stoffen
  • Nettohoeveelheid
  • Prijs
  • Houdbaarheidsdatum
  • Partijcode (lotcode)
  • Naam en adres verantwoordelijke exploitant
  • Voedingswaarde

Op voorverpakte producten zonder voedings- of gezondheidsclaim die afkomstig zijn van is vermelding van een voedingswaarde niet verplicht.

Extra vermeldingen zijn nodig wanneer:

  • u een bepaald ingrediënt van het product specifiek in de productnaam vermeldt (bijvoorbeeld roomboterkoekje) of een afbeelding van een bepaald ingrediënt op de verpakking zet, bijvoorbeeld een tekening of foto van een hazelnoot op de verpakking van een notenkoek (KWID)
  • er een gezondheidsclaim of voedingsclaim op het product staat
  • een product nog verder bereid moet worden (bijvoorbeeld afbakinstructie)
  • de minimale houdbaarheidsdatum afhankelijk is van de juiste manier van bewaren (bewaarvoorschrift)
  • de consument mogelijk misleid wordt over de plaats waar het product gemaakt is of het land waar het vandaan komt
  • u het product of ingrediënten er van als “biologisch” aanduidt
  • het verpakt is onder beschermende atmosfeer (gasverpakt)
  • het zoetstoffen of AZO kleurstoffen bevat
  • het bevroren is geweest en ontdooid verkocht wordt en dit invloed heeft op de kwaliteit of veiligheid van het product
  • een vervangend bestanddeel is gebruikt voor een ingrediënt waarvan de consument verwacht dat het van nature aanwezig is of normaalgesproken gebruikt wordt (bijvoorbeeld plantaardige room in plaats van slagroom of imitatiechocolade in plaats van echte chocolade)
  • sprake is van chocolade met vreemd plantaardig vet
  • het zoethout, cafeïne, plantensterolesters of technisch vervaardigde nanodeeltjes bevat
  • het doorstraalde of genetisch gemodificeerde ingrediënten bevat
  • aan vleesproducten of vleesbereidingen vreemde eiwitten, water of plakmiddelen zijn toegevoegd.

 

Verpakte producten zijn:

  • Verpakkingen die bestemd zijn voor andere levensmiddelenbedrijven, bijvoorbeeld detailhandel of groothandel (B2B), dus niet voor de consument of grote cateraar; het kan gaan om grondstoffen, halffabricaten of niet-voorverpakte eindproducten;
  • Voorverpakte producten die door de cateraar of levensmiddelenproducent nog verder verwerkt worden (bijvoorbeeld het beleggen van broodjes of het in kleinere porties verdelen en verpakken van een emmer salade);
  • Portieverpakkingen (bijvoorbeeld kleine potjes honing of jam) die bestemd zijn voor instellingen, tenzij deze door de instelling afzonderlijk worden verkocht of ze worden aangeboden bij bereide maaltijden die tegen een vaste prijs worden verkocht (want als dat het geval is worden de individuele portieverpakkingen beschouwd als voorverpakte producten).

Wanneer u verpakte producten levert, moet u ervoor zorgen dat uw afnemer over voldoende informatie beschikt om de consument of een grote cateraar uiteindelijk te kunnen voorzien van de verplichte informatie. Welke informatie verplicht is, is afhankelijk van hoe het product aan de consument wordt verkocht. Als de informatie niet op de verpakking kan mag het ook op handelsdocumenten staan die met de levensmiddelen worden meegestuurd. 

Minimaal verplichte voedselinformatie:

  • De officiële benaming
  • Partijcode (lotcode) of houdbaarheidsdatum
  • De in het recept aanwezige allergenen

Extra vermeldingen:

  • In Verordening (EU) 2019/649 is een verplichting opgenomen over het vermelden van het gehalte aan (industriële) transvetzuren, met uitzondering van de in vetten van dierlijke oorsprong van nature aanwezige transvetzuren. Deze verplichting geldt specifiek voor levensmiddelenbedrijven die B2B levensmiddelen leveren die niet zijn bestemd voor de eindverbruiker. Het leverende bedrijf moet informatie geven over het gehalte aan (industriële) transvetzuren als dat meer is dan 2 gram per 100 gram vet.

De omverpakking is de buitenste verpakking waarin producten tussen bedrijven onderling verhandeld worden. Meestal gaat het dan om een aantal voorverpakte producten in bijvoorbeeld een doos. Denk bijvoorbeeld aan een aantal voorverpakte cakes die in een doos worden geleverd aan een supermarkt. De voorverpakte cake (volledig geëtiketteerd) wordt vanuit de doos in het winkelschap gelegd.

Minimaal verplichte voedselinformatie op de omverpakking:

  • De officiële benaming
  • Houdbaarheidsdatum
  • Bijzondere bewaarvoorschriften en/of gebruiksvoorwaarden
  • Naam en adres verantwoordelijke exploitant

Deze informatie staat op de omverpakking of op een daarop aangebracht etiket. Op de individuele verpakkingen in de omverpakking staat minimaal de partijcode, maar op voorverpakte producten staat alle voor voorverpakte producten verplichte voedselinformatie.

Worden de producten in de omverpakking na levering nog verder verwerkt dan mag de overige verplichte voedselinformatie op een begeleidend handelsdocument staan wat u tegelijk met of vóór de levering verzendt.

Verpakkingen van individuele porties (bijv. jam, honing, mosterd) die als deel van een maaltijd worden geserveerd aan gasten van grote cateraars worden niet als verkoopeenheden beschouwd. Het is daarom in dergelijke gevallen voldoende dat de verplichte voedselinformatie alleen op de omverpakking staat.

Kleine verpakkingen

Wanneer het grootste oppervlak van de verpakking kleiner is dan 10 cm², vermeldt u minimaal de productnaam, allergenen, de nettohoeveelheid en de houdbaarheidsdatum (lettergrootte 0,9 mm x-hoogte i.p.v 1,2 mm). De lijst van ingrediënten wordt met behulp van andere middelen verstrekt of is op verzoek voor de consument beschikbaar. Vermelding van de partijcode is voor deze zeer kleine verpakkingen ook niet verplicht.

Verpakkingen waarvan het grootste oppervlak minder is dan 25 cm² zijn alleen vrijgesteld van de verplichte voedingswaardedeclaratie (en alleen als er geen voedings- of gezondheidsclaim wordt gemaakt); ook hier is de verplichte lettergrootte  minimaal 0,9 mm (x-hoogte).

Op verpakkingen waarvan het grootste oppervlak minder is dan 80 cm2 is de minimale lettergrootte voor de verplichte informatie ook 0,9 mm (x-hoogte). Verder gelden voor deze verpakkingsgrootte geen uitzonderingen.

Rechtstreekse levering

Voorverpakte levensmiddelen die rechtstreeks door de producent in kleine hoeveelheden worden geleverd aan de consument of aan de plaatselijke detailhandel die rechtstreeks aan de consument levert, zijn uitgezonderd van de verplichte voedingswaardevermelding. De interpretatie van het begrip “kleine hoeveelheden” wordt aan de lidstaten overgelaten. Op ambachtelijke voorverpakte producten zonder voedings- of gezondheidsclaims die u in eigen winkels of via de plaatselijke detailhandel verkoopt, hoeft dus volgens de wet geen voedingswaarde te staan.

Verkoop op afstand

Voor verkoop op afstand, bijvoorbeeld via een webshop, geldt dat alle verplichte voedselinformatie (met uitzonderling van de datum van minimale houdbaarheid of de uiterste consumptiedatum en de partijcode) beschikbaar moet zijn voordat de aankoop plaatsvindt. De verplichte voedselinformatie staat in het materiaal ter ondersteuning van de verkoop op afstand of wordt via andere passende middelen verstrekt zonder bijkomende kosten voor de eindverbruiker. Bij de aflevering van het product worden ook de datum van minimale houdbaarheid of de uiterste consumptiedatum en de partijcode vermeld.

Degene onder wiens naam of handelsnaam het levensmiddel in de handel wordt gebracht is verantwoordelijk voor de aanwezigheid, juistheid en nauwkeurigheid van de verplichte informatie. Wanneer levensmiddelen te koop worden aangeboden via een webwinkel, is de eigenaar van de website verantwoordelijk voor de verstrekking van de verplichte voedselinformatie voordat de koop wordt gesloten.

Verkoop vanuit een automaat

Verkoopt u brood, dranken, snacks en dergelijke vanuit een distributieautomaat, hoeft u niet de voedselinformatie beschikbaar te stellen, voordat de aankoop plaatsvindt. Alle verplichte informatie moet echter wel beschikbaar zijn op het moment dat de producten uit de automaat komen.

Assortimentsverpakking en fantasieverpakking

In principe zijn dit voorverpakte producten. Alleen wanneer dagelijks een kleine werkvoorraad wordt aangelegd kunnen ze als niet-voorverpakt tellen.

Pauline Houtsma

Kennisspecialist Hygiëne en wetgeving

p.houtsma@nbc.nl
0317 47 12 12

Documentatie