Richtlijnen om nabesmetting met Listeria monocytogenes tegen te gaan

Vertaling van de Engelstalige website.

Het is mogelijk het risico op nabesmetting van gereed product met Listeria monocytogenes te verkleinen, maar niet om het tot nul te reduceren. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de meest voorkomende besmettingsbronnen, de meest voorkomende oorzaken, preventieve maatregelen, belangrijke aandachtspunten en adviezen voor monitoring.

De meest voorkomende besmettingsbronnen zijn:

  • afvoerputjes
  • dode hoeken in apparatuur
  • holle ruimten
  • rauwe ingrediĆ«nten
  • koelingen
  • stilstaand water
  • spoelplaatsen
  • vloeren
  • waterslangen
  • afvalbakken

De meest voorkomende oorzaken van besmetting zijn:

  • ophoping productresten
  • kruisbesmetting tussen onverhit en verhit product
  • verplaatsing van mensen of goederen van vuile naar schone omgeving
  • storingen van machines
  • ongeplande onderhoudswerkzaamheden
  • drukte in de productie waardoor achterstallig schoonmaakwerk of (natte) reiniging gelijktijdig met productie in dezelfde ruimte
  • reiniging van machineonderdelen op de vloer
  • ingrijpende verbouwingen of reorganisaties
  • verplaatsing of aanpassing van de verpakkingslijn
  • frequente productwissels op verpakkingslijn
  • ingebruikneming van machines of materialen afkomstig uit de opslag of andere productielocatie
  • rioleringsproblemen
  • waterslangen in de ruimte waar zich gereed product bevindt

Veel gebruikte preventieve maatregelen zijn:

  • verwijder de bacterie d.m.v. bijvoorbeeld wassen of pellen of reinigen of adequate verhitting
  • desinfecteer met quaternaire ammoniumverbindingen
  • ontsmettingsmiddelen met perazijnzuur zijn effectief tegen biofilms
  • wissel verschillende typen ontsmettingsmiddel af
  • ontsmet eventueel met stoom als de uitrusting moeilijk reinigbaar is
  • wanneer de uitrusting voor aanvang van productie goed gereinigd en ontsmet wordt is de kans dat producten binnen 2 ploegendiensten hierdoor besmet worden minimaal
  • voorkom tussentijdse reiniging waar mogelijk
  • voorkom dat producten opnieuw besmet worden door vooral in die ruimten waar zich onverpakt gereed product bevindt te focussen op preventie en bestrijding van L. monocytogenes
  • zorg waar mogelijk voor omstandigheden die de groei van deze bacterie belemmeren
  • maak een plan voor omgevingscontrole op Listeria spp. (algemeen) inclusief frequentie, tijdstip, plaats en maatregelen bij constatering van Listeria spp.
  • let op luchtcirculatie en hanteer eventueel overdruk in schone ruimten
  • reinig materialen en machines voor rauw en gereed product bij voorkeur op verschillende plaatsen
  • spiraalvriezers waar onverpakte producten worden ingevroren moeten twee keer per jaar gereinigd worden - bij onregelmatig ontdooien, reinigen en onderhoud plegen kan dit ook een bron van Listeria worden.

Belangrijke aandachtspunten in de bestrijding van Listeria besmetting zijn:

  • zorg dat werknemers weten wat de gevaren en consequenties zijn en welke maatregelen ze moeten treffen
  • let ook op mogelijke herbesmetting via contactoppervlakken tussen moment van afkoelen en moment van verpakken bij verhitte producten
  • armaturen die zich boven het werkoppervlak bevinden kunnen een bron van besmetting vormen
  • transportbanden die zich boven het hoofd bevinden zijn vaak lastig te reinigen en moeilijk te inspecteren
  • ook smeermiddelen kunnen een bron van listeria monocytogenes worden na besmetting met productresten - natriumbenzoaat wat als conserveermiddel aan het smeermiddel wordt toegevoegd kan dat tegengaan;
  • op transportkarren zonder afdekgootje boven de wielen kunnen de producten vanaf de vloer worden besmet door opspattend vuil;
  • het opstapelen van plastic emmers of kuipen kan ophoping van Listeria tot gevolg hebben doordat ze onvoldoende drogen en contact met de vloer kan de onderzijde besmetten
  • door hogedrukreiniging met lucht neemt de kans op besmetting toe, dit moet zoveel mogelijk beperkt worden - bij rechtstreeks contact tussen de lucht en het product of plaatsen die rechtstreeks met het product in contact komen is het gebruik van schone en goed onderhouden filters om de lucht te zuiveren van groot belang
  • reinig alleen wanneer zich geen onverpakte producten in de ruimte bevinden
  • gebruik nooit een hogedrukreiniger om een afvoer te ontstoppen

Monitoring is een visuele inspectie op reinheid, eventueel aangevuld met routinematig bepalen van aeroob kiemgetal of ATP monitoring. Daarnaast is het nuttig de productieomgeving te onderzoeken op Listeria spp.  (indicatororganismen) omdat deze vaker voorkomen dan Listeria monocytogenes en de resultaten sneller bekend zijn.

  • bemonster natte plaatsen waar Listeria kan groeien in eerste instantie wekelijks en droge plaatsen minder frequent
  • laat de monsters door een geaccrediteerd microbiologisch laboratorium onderzoeken
  • pas de frequentie en de te bemonsteren plaatsen aan op basis van de resultaten
  • besteed extra aandacht aan reiniging en ontsmetting op plaatsen waar Listeria spp. wordt aangetroffen
  • zoek de oorzaak bij een eventuele toename van het aantal positieve controles en tref maatregelen
  • spoor de bron zo nauwkeurig mogelijk op door bij een positief verzamelmonster ook de deelmonsters apart te onderzoeken
  • als het om Listeria monocytogenes blijkt te gaan, overweeg dan eventueel onderzoek van producten, al is de waarde hiervan beperkt omdat Listeria monocytogenes besmetting niet evenredig over het product verdeeld is
  • lever de te onderzoeken productpartij pas uit nadat is gebleken dat de uitslag van bovenvermeld productonderzoek negatief was
  • neem verdeeld over de dag aanvullende monsters op de probleemlocatie en verderop in de productielijn
  • demonteer verdachte apparatuur om te inspecteren op dode hoeken of holle ruimten met ophoping van productresten
  • reinig en ontsmet de apparatuur voordat de onderdelen weer worden gemonteerd
  • bestrijd het probleem en voorkom herhaling (bijvoorbeeld reinigingsprocedure aanpassen, desinfecteren, vervangen of verplaatsen van apparatuur, trainen personeel)
  • noteer de actie die is ondernomen.

Afvoeren vormen vrijwel altijd een probleem en hoeven niet altijd in de monitoring meegenomen te worden; stel daarvoor aparte doelen vast.